Zakken van de coassistent
Christina,  Faryel,  Master,  Praktische tips,  Slider

Wat zit er in de zakken van de coassistent?

Leestijd: 10 minuten

Zie jij ook altijd die zakken van de coassistenten vol met spullen zitten, terwijl ze achter de specialisten aan lopen in het ziekenhuis? Wij hebben ons altijd afgevraagd wat er toch allemaal in die zakken van de coassistent verstopt zat. Zelfs tijdens de voorbereidingen op onze eigen coschappen hadden wij nog geen idee wat we eigenlijk allemaal nodig zou hebben tijdens de verschillende specialismen. Nu wij alle coschappen hebben doorlopen, hebben wij eindelijk een goed idee over wat je wel of niet bij je kan en moet dragen als coassistent. Met dit artikel laten we zien wat wij tijdens onze coschappen allemaal bij ons hadden. Alvast een voorproefje: zelf had ik (Faryel) op dag 1 bij de interne geneeskunde al braaf mijn stemvork en reflexhamer mee… Dit is zeker nog niet nodig! 

Wat zou er standaard in de zakken van de coassistent kunnen zitten? (per persoon kan dit uiteraard verschillen)

Stethoscoop, een notitieboekje (of losse blaadjes), patiëntenlijst van de zaal, spiekblaadje met labwaarden, pennen en eventueel een highlighter. Tevens kan je optioneel bij je dragen: verpleegkundig klokje, stuwband,  hand lotion, energiereep (in het geval dat je staat te wankelen op je benen), zakkaartjes en een pocket van het specialisme waar je op dat coschappen loopt.

1. Notitieboekje (of losse blaadjes): er zijn overal kleine pocket sized schriftjes te koop (denk: Hema of Action). Zo houd je al je aantekeningen netjes bij elkaar! Daarnaast kan je met een dikke stift de naam van het specialisme op de voorkant schrijven, zodat je later nog weet in welk boekje die specifieke, handige aantekeningen staan. Zet ook altijd jouw naam neer op de eerste pagina in geval van verlies. Pas wel op met het opschrijven van patiëntgegevens! Papieren met patiëntgegevens moeten altijd aan het einde van de dag in een bak specifiek voor privégegevens gegooid worden zodat ze versnipperd kunnen worden.

2. Patiëntenlijst: print elke ochtend een lijstje uit met de patiënten op de afdeling (vaak krijg je ook al zo’n lijstje van de assistente op de afdeling). Laat voldoende ruimte over rondom deze lijst om per patiënt het beleid an andere zaken, zoals reanimatiecode, uit te schrijven. Let op, deze papieren moeten aan het einde van de dag ook altijd beschermd weggegooid worden.

3. Pennen en highlighters: zorg dat je altijd een pen bij je hebt! Daarnaast zijn highlighters heel handig om orde aan te brengen in de chaos van je to-do lijst. Zo kan je bijvoorbeeld belangrijke dingen highlighten en taken die je af hebt afvinken met groen.

4. Labwaarden spiekblaadje: deze kan je online uitprinten, maar er is ook een hele fijne app van! Lees hierover meer in dit artikel.

5. Zakkaartjes: zakkaartjes zijn te downloaden op bijvoorbeeld de website van Esculaap. Bekijk ook de lokale protocollen van jouw ziekenhuis, vaak zijn er voor bepaalde protocollen ook zakkaartjes te printen.

6. Verpleegkundig klokje: je mag in het ziekenhuis geen sieraden om, dus ook geen horloge! Wel moet je vaak bijvoorbeeld de pols van iemand tellen en staat het niet zo netjes om je telefoon tevoorschijn te halen. Een verpleegkundig klokje die je aan je zak kan spelden is ideaal! Er zijn veel leuke kleuren en prints te koop op het internet.

7. Stuwband: dit is optioneel, maar wij werden er gek van om steeds op de afdeling naar een stuwband op zoek te gaan. Tijdens mijn coschap (Christina) in Zuid-Afrika droeg elke medische student een stuwband bij zich en deze gewoonte heb ik vervolgens in Nederland overgenomen. Super handig en lekker efficiënt om snel bloed te kunnen prikken of een infuus aan te leggen.

8. Energiereep: je gaat dagen hebben dat het hectisch is op de afdeling en je lunch zal moeten skippen (raden wij echter niet aan!). Houd dus altijd iets kleins in je zak, zoals een energiereep/crackers of ontbijtkoek, zodat je in de artsenkamer dit naar binnen kan werken voordat je de specialist weer achterna rent naar de volgende spannende patiënt.

9. Pocket van specialisme of boekje met leidraad per specialisme: een leidraad of pocket (bijvoorbeeld van Compendium Geneeskunde) van een bepaald specialisme is altijd handig als je snel iets wilt weten of wilt opzoeken. Om op de kruk naast de specialist iets op je telefoon op te zoeken, staat namelijk niet altijd even netjes.

10. (Optioneel) iPad mini: een iPad mini past precies in de witte jaszak (in bepaalde ziekenhuizen)! Dit is uiteraard geen vereiste voor coschappen. Maar als je er toevallig eentje hebt, dan is het handig om dat te weten! Ik (Faryel) heb veel protocollen op mijn iPad staan die ik dan snel kan raadplegen. Ook voor die dagen dat het zo druk is dat je niet eens bij een computer kan, hoef je niet awkward tussen de assistenten te staan, maar kan je rustig in een hoekje gaan zitten en informatie opzoeken op je iPad.

11. Stethoscoop: dit heeft weinig uitleg nodig. Een stethoscoop is bij elk specialisme handig om te hebben. Alleen bij de coschappen oogheelkunde, dermatologie en KNO hadden wij deze niet standaard bij ons op zak, maar hadden we deze voor de zekerheid wel altijd in onze tas mee.

12. Handlotion: het is even wennen om om de haverklap je handen te desinfecteren, vooral in deze tijd! Toch moet het. De kans is dan ook groot dat je last gaat krijgen van droge handen. Houd dan een kleine flesje lotion in je zak om af en toe je handen mee in te smeren.

13. Elastiekje: voor degenen onder ons met lang haar adviseren wij om meerdere elastiekjes in je zak bij je te houden! Er zijn altijd wel mensen aan wie je een elastiekje leent, of je eigen elastiekje gaat stuk. Je mag niet met losse haren rondlopen in het ziekenhuis, dus zorg altijd voor backup (stuwband in het haar?).

Zakken van de coassistent

Welke benodigdheden zijn specialisme specifiek?

A. Neurologie

Lampje, stemvork, reflexhamer, wattenstaafjes. 

1. Lampje: een lampje is noodzakelijk voor goed onderzoek van de hersenzenuwen. Deze lampjes zijn goedkoop te bestellen via bijvoorbeeld aliexpress! Het is geen topkwaliteit, maar dan kan je er meteen meerdere kopen. Ook kun je ze soms op de afdeling vinden of in de artsenkamer. Het is wel zo makkelijk om er eentje standaard bij je te hebben. Je kan ook een pen kopen met een lichtje aan de achterkant.

2. Stemvork: stemvorken zijn online koop. Let op! De stemvork voor neurologie is anders dan die je gebruikt bij KNO. Bij de neurologie is deze o.a. nodig om de vibratiezin te testen. Men (veel ziekenhuizen) doet er echter niet moeilijk over als je je eigen stemvork niet hebt, deze liggen vaak overal rond de polikliniek van de neurologie.

3. Reflexhamer: bij het neurologisch onderzoek hoort natuurlijk reflexen slaan! En dat zijn er nogal wat… het is dus onmisbaar om een eigen reflexhamer op zak te hebben. Online zijn reflexhamers voor een mooie prijs te bestellen en deze hamers zal je ook voor huisartsen- en ouderengeneeskunde nodig hebben.

4. Wattenstaafjes: wattenstaafjes zijn op alle afdelingen te vinden. Stop er een aantal in je borstzakje, zodat je er altijd een paar bij de hand hebt. Deze wattenstaafjes zijn onmisbaar bij het neurologisch onderzoek van de sensibiliteit. Let op! Dit zijn geen wattenstaafjes zoals je “gewend” bent, maar deze hebben een lange stok en een wat breder uiteinde qua watje.

B. Gynaecologie:

Meetlint en handschoenen, eventueel reflexhamer, zakkaartje met normaalwaarden rondom gynaecologie, CTG-lees hulpmiddel. 

1. Meetlint: een meetlint is onmisbaar bij de gynaecologie! Je hoeft er niet per se eentje zelf mee te nemen, maar anders sta je constant te zoeken naar een meetlint op de afdeling. Bij de Action, Blokker of Hema zijn deze zeer goedkoop te halen. Ook vond ik dit in Zuid-Afrika onmisbaar voor mijn coschap gynaecologie.

2. Reflexhamer: een reflexhamer hoeft niet per se altijd in je zak, maar is wel belangrijk om hyperreflexie bij pre-eclampsie te testen. Neem het dus wel altijd mee, bijvoorbeeld in je tas!

3. Zakkaartje met normaalwaarden rondom gynaecologie: bij zwangeren gelden er andere normaalwaarden (bijvoorbeeld voor de bloeddruk) dan bij niet-zwangeren. Dit is best wel wennen in het begin, dus het kan erg helpen om een lijstje van normaalwaarden bij je te hebben!

4. CTG-lees hulpmiddel: bij de gynaecologie komt ook de cardiotocogram (CTG) voor het eerst langs. Soms sta je deze aan het bed van de patiënt te bekijken. Dan is het handig om een hulpmiddel bij je te hebben, zodat je begrijpt wat de uitslag van de CGT precies zegt.

5. Handschoenen: de gynaecologie heeft ook veel handelingen (aan bed) en het is dus handig om dan een paar handschoenen ready te hebben in je zak. Dan kan je snel in springen en meedoen met de verloskundige of arts. Als je handschoenen moet gaan zoeken op de kamer kan het zijn dat je kans alweer voorbij is om te helpen.

C. Kindergeneeskunde:

1. Vrolijk gekleurde instrumenten: voor de kinderen is het heel leuk als je bijvoorbeeld een klein poppetje of fel gekleurde pennen in je zak hebt zitten. Deze kan je tevoorschijn toveren om het kind een beetje af te leiden, bijvoorbeeld tijdens lichamelijk onderzoek.

D. KNO:

Tongspatels, lampje, stemvork, otoscoop.

1. Tongspatels: bij de KNO moet je vaak in de mond (en keel voor zover mogelijk) kijken. Net als bij de wattenstaafjes van de neurologie kan je op de afdeling een aantal tongspatels vinden en deze in je zak stoppen. Op de poli worden er veelal metalen tongspatels gebruikt en liggen deze op de poli kamers.

2. Lampje: om de keel goed te beoordelen heb je natuurlijk ook een lampje nodig!

3. Stemvork: dit is een andere stemvork (met een andere frequentie, nl. 512 Hz) dan bij de neurologie. Als het coschap KNO kort is, dan kan je ook wel een stemvork lenen of ligt die in de poli kamer.

4. Otoscoop: vaak mogen coassistenten de otoscoop lenen en gebruiken, i.p.v. de microscoop. Deze liggen ook veelal op de poli kamers.

E. Oogheelkunde

Oog lensjes, oog lampje, zakkaartje neurologie, informatiefolder staaroperatie en vitrectomie en Amsler kaart.

1. Oog lensjes: dit hoeft niet per se aangeschaft te worden als het oogheelkunde coschap kort is. Maar soms krijg je oog lensjes aan het begin van het coschap te leen. Dan is het zeker handig om in je zak te houden, want je zal het vrijwel bij elke poli patient gebruiken.

2. Oog lampje: hetzelfde lampje als dat je bij de neurologie en KNO hebt gebruikt, kun je ook hiervoor gebruiken. Vooral om pupilreacties en lichtperceptie te testen of om de patiënt het lampje te laten volgen om de andere hersenzenuwen (voor o.a. spierfunctie) te testen.

3. Zakkaartje neurologie: het kan handig zijn om even te kunnen spieken hoe het ook alweer zat met de hersenlaesies en gezichtsvelduitval.

4. Informatiefolder staaroperatie en vitrectomie: deze twee operaties komen veel voor en het is handig om je erover in te lezen. Bovendien zul je veel patiënten hebben die hier vragen over hebben, het is dus altijd handig om even de folder te kunnen laten zien.

5. Amslerkaart: bij de oogheelkunde zijn er bepaalde aandoeningen waarbij er sprake is van metamorfopsie (vervormd beeld). Dit wordt vaak getest met een amslerkaart, een kaartje met een groot vierkant met allemaal kleinere vierkantjes erin en een stip in het midden. Als je patiënten van de oogheelkunde gaat zien, met bijvoorbeeld macula degeneratie, is het altijd handig zo’n kaartje in je zak te hebben. Vaak liggen ze ook op de poli kamers, dus het is geen vereiste, maar wel handig. De kaart kan geprint worden, mits de lijnen maar ononderbroken blijven.   

Conclusie

Wij hopen met dit artikel een kleine inkijk te geven in de verschillende spullen die handig zijn voor de coschappen in het algemeen en bij specifieke specialismen. Bedenk dat dit voor iedereen verschilt en dat je zelf moet aanvoelen per locatie wat wel of niet al beschikbaar is, en wat wel of niet vereist is om standaard mee te dragen. Als jullie iets gemist hebben, laat het vooral weten! Wij zijn altijd benieuwd naar wat jullie allemaal bij je dragen. Zet hem op tijdens de coschappen!

Laat een antwoord achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *